Vragen over financiële risico´s bedrijventerrein Heesch-West
Vragen over financiële risico´s bedrijventerrein Heesch-West
De SP maakt zich grote zorgen over de financiële risico´s van de gemeente Oss bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein Heesch-West. De gemeente Oss neemt voor 28 % deel in dit 125 ha grote project dat gepland is tussen de A59 en Vinkel. Er is al 16 miljoen euro door de gemeente in geïnvesteerd, ofwel 200 euro per Ossenaar. Terwijl iedereen ziet dat de behoefte aan bedrijventerreinen fors afneemt doet de gemeente alsof er niets aan de hand is. Het gevaar bestaat dat ´Heesch-West´ tot 2040 een financieel blok aan het been van de gemeente wordt. De SP wil dat pas op de plaats wordt gemaakt om te bekijken of de plannen kunnen worden aangepast aan de nieuwe inzichten. Ook wil de SP inzicht in de financiële risico´s.
Daarom worden in de gemeenteraadsvergadering van 10 mei de volgend vragen aan B&W gesteld:
Vragen naar aanleiding van het krantenartikel in Brabants Dagblad:
1. Op welke berekeningen baseert de wethouder een exploitatietekort van 5 miljoen euro (wat een voorziening betekent voor Oss van 1,4 miljoen euro, voor Den Bosch 2,75 miljoen en voor Bernheze 0,6 miljoen). Waarom heeft Den Bosch dan inmiddels al een voorziening getroffen van 7 miljoen en Bernheze van 1,75 miljoen?
2. Waarop baseert de wethouder de stelling ´dat we straks de grond in Heesch-West hard nodig hebben´? Volgens het rapport ´Agenda bedrijventerreinen Noordoost-Brabant´ is er tot 2022 in heel Noordoost-Brabant behoefte aan 341 ha nieuw bedrijventerrein en is het beschikbare aanbod 331 ha. Met andere woorden, tot 2022 is nauwelijks behoefte aan nieuw te ontwikkelen bedrijventerrein. Wat bedoelt de wethouder met ´straks´?
3. De behoefte voor de periode 2022-2040 wordt geschat op 99 ha. In totaal zit er (inclusief Heesch-West) 252 ha in de pijplijn. Volgens de SP zit er dus 153 ha teveel in de pijplijn. Klopt dit? Waarop is de uitspraak ´hard nodig´ dan gebaseerd?
4. De wethouder stelt dat Heesch-West uiteindelijk goed is voor 5000 arbeidsplaatsen. Wat is de bron voor deze informatie? Zijn dit allemaal nieuwe arbeidsplaatsen of gaat het vooral om verplaatsing van arbeidsplaatsen, bijvoorbeeld vanuit het buitengebied of vanaf andere bedrijventerreinen in de regio? Wat zijn de kosten per nieuwe arbeidsplaats voor de gemeenschap? Is dat 1000 euro (5 miljoen gedeeld door 5000) of is het een veelvoud daarvan? Hoeveel gemeenschapsgeld mag een arbeidsplaats kosten in de ogen van het college?
Vragen naar aanleiding van de beantwoording van de vragen van D66:
1. Het college antwoordt op vraag 2 dat we ´goed gaan monitoren´. Is dat de oplossing voor het probleem dat er in Noordoost Brabant een groot overschot is aan bedrijventerreinen in ontwikkeling? Waarom gaat het college niet aan de slag met het uitwerken van andere scenario´s? Is het college zich bewust van de grote financiële risico´s die we lopen bij ongewijzigd beleid?
2. Uit een ´Visie werklocaties´ zou blijken dat er voldoende vraag aanwezig is. Waar is die visie te vinden?
3. Op vraag 3 wordt geantwoord ´dat het financiële beeld sterk is verbeterd´. Wat wordt hiermee bedoeld? Dat men nu een beter beeld heeft van de financiële tekorten? Of dat de tekorten minder hoog zijn dan gedacht? Als er een sterk verbeterd financieel beeld is, waarom krijgen wij dat dan niet te zien?
4. Is het college bereid zo spoedig mogelijk een nieuw plan te maken met een kleinere omvang waarbij het accent ligt op slim ruilen en slim afstoten van reeds verworven overtollig onroerend goed?
Adrie Geerts
9 mei 2012